‘Scriptdokter’ Rogier Proper presenteert een onderhoudende en informatieve handleiding voor het schrijven van scenario’s. ‘The Office? Fan-tas-tisch’
Goed nieuws voor filmliefhebbers, en aspirant-scenarioschrijvers in het bijzonder. De bekende scriptdokter Rogier Proper heeft in zijn onnavolgbare taalgebruik een handboek geschreven over het weerbarstige ambacht van scenario schrijven, met als passende titel: Kill Your Darlings .
De ‘Dikke Proper’ beslaat 430 pagina’s, en leest als een vrolijke en informatieve reis door de film- en televisiegeschiedenis. Amerikaanse voorbeelden worden afgewisseld met Nederlandse scripts en scènes, en tussendoor diagnosticeert dokter Proper hoe een en ander kan worden opgezet of gerepareerd. Inclusief het verwijderen van geliefde paradepaardjes van een auteur, het gevleugelde kill your darlings , want bovenal is een script een werktuig voor anderen die ermee aan de slag moeten, preciezer: de producent, de regisseur en een verzameling acteurs. Wie daar niet mee kan leven, moet maar een roman proberen te schrijven. Aldus worden in Kill Your Darlings alle mogelijke filmgenres op de snijtafel gelegd, van de thriller tot aan de romantische comedy, en van de biopic tot aan de musical. Elk genre kent nu eenmaal zijn eigen wetten.
Rogier Proper (1943) spreekt met enig gezag. Voordat zijn bedrijf in 1998 voor een miljoenenbedrag door Endemol (‘Joop wilde graag de continuïteit waarborgen’) werd overgenomen, fabriceerde de tekstfabriek Doctor Proctor Scripts scenario’s voor eeuwigdurende soaps als Goede tijden, slechte tijden , Goudkust en Onderweg naar morgen . Niet ieders idee van hoogstaand amusement, maar wat bewondering afdwong, was de achterliggende, strakke organisatie. Naar Amerikaans voorbeeld en nieuw voor Nederland, bogen zo’n vijftig medewerkers zich onder zijn supervisie dagelijks over de verschillende stappen die (zelfs) soapscripts zetten, van het ontwikkelen van de karakters tot aan de verhaallijnen en dialogen. Een leven daarvoor was Proper filmjournalist voor de Haagse Post , interviewer voor Vrij Nederland , radiomaker bij de VPRO en hoofdredacteur van het (inmiddels verdwenen) filmblad Skoop .
Enfin, die Rogier Proper dus, wiens eigen ervaringen in film en tv – hij schreef in 1999 onder meer mee aan de politieke dramaserie Retour Den Haag en is docent aan de hogeschool Inholland te Rotterdam – verhelderend doorsijpelen in bijna elke pagina van deze scriptbijbel.
Een boek dat overigens geen moment te vroeg komt, want de meestgehoorde klacht over Nederlandse film- en televisieseries is dat de scenario’s vaak zo rammelen. Alles is aanwezig in Nederland filmland: de techniek, het licht, het geluid, de acteurs, én de regisseurs. Maar alleen met de verhalen wil het vaak nog niet zo vlotten.
‘Nou ja,’ bespiegelt Proper, ‘dat is lastig te beoordelen. Je leest die klacht ook dikwijls terug in recensies, maar eigenlijk zou je voor een afgewogen oordeel toch eerst het oorspronkelijke scenario erbij moeten pakken. Bij een verfilming zijn er vele beren op de weg. Als er te weinig geld is, en zo is het meestal, worden zo veel shots niet gemaakt die jij er als schrijver wel in had gestopt. Uiteindelijk blijft van zo’n verhaal dan weinig over, een rechtlijnig of slap aftreksel. Maar jouw naam staat er wel boven, dat kan heel frustrerend zijn. Toch ken ik ook Nederlandse voorbeelden waarbij alles samenvalt. Pieter Kuijpers’ Van God los uit 2003 over de bende van Venlo was een uitgebalanceerde, authentieke Nederlandse film met een stevig scenario en prachtige hoofdrollen bovendien. We hoeven niet helemaal te wanhopen.’
Natuurleuk
Laten we een genre uitlichten. Over soaps is al onnoemelijk veel geschreven, dus kiezen we ditmaal comedy. ‘Regel één van dit genre is dat bij comedy, veel meer dan bij andere dramaseries, het allemaal begint bij de acteurs,’ zegt Proper. ‘Kijk naar de sitcom Seinfeld . Hoewel Jerry Seinfelds eigen rol in de serie die van aangever is, en hijzelf dus helemaal niet zo grappig hoeft te zijn, wordt hij omringd door waanzinnige komieken. Eileen is een geraffineerde bitch, en Kramer en George vertegenwoordigen de gekte en de chaos van het leven zelf. Dat is een sterke rolverdeling. Zo sterk zelf, dat we na het einde van de Seinfeld -reeks nooit meer iets van Michael Richards, de acteur die Cosmo Kramer speelde, hebben gehoord. Je vraagt je af: hoe kán dat? Die man was zo natuurleuk, zoals Kees van Kooten dat noemt, zo leuk van nature. Kennelijk heeft hij dus op zijn beurt een aangever van het kaliber Jerry Seinfeld nodig. Mijn advies voor wie een comedy wil schrijven: bedenk eerst je gedroomde cast. En vervolgens schrijf je je scènes op hun huid. In het geval van Seinfeld : een simpele kwestie pakken, vervolgens overdrijven, en er dan lekker op doorgaan. De cast en de eenvoud van de onderwerpen waren de kracht van Seinfeld . Dat, en het feit dat iedereen natuurlijk wel een vriend als Kramer zou willen hebben.’
Nog een voorbeeld: The Office . Wat heeft de scriptdokter daaruit gedestilleerd? ‘Die serie heb ik gemist op tv en pas later op dvd ontdekt. Fan-tas-tisch. Heel harde, gemene, zwarte humor. Heel Engels, ook, met dat gezuig, gepest en getreiter, op het banale af. Maar toch moet ik wederom zeggen: het zijn in de eerste plaats de acteurs die deze serie dragen. Hier wordt de jongensachtige Tim, gespeeld door Martin Freeman – hij is die wat kostschoolachtige blaag die altijd flirt met de meiden – door gevaarlijke gekken omringd. Rickey Gervais verbeeldt met de juiste zelfoverschatting baas David Brent die altijd afgaat. Het komt allemaal zo akelig dicht bij de werkelijkheid van een gemiddelde kantoortuin. Ik vraag mij dan af: waarom is The Office nu zoveel leuker dan Debiteuren, crediteuren , dat een tijd in Jiskefet zat? Dat moet toch te maken hebben met de tijd die aan de scripts wordt besteed. Die Britse scripts worden twintig keer herschreven, voordat ze voor de camera worden uitgevoerd. Dan zie je eraan af. Het past allemaal zó precies. En daarmee wordt het vooral weer een kwestie van beschikbaar budget.’ Want zo is het wel, natuurlijk. De aspirant-scenarist kan zich maar beter niet te rijk rekenen, want binnen de hiërarchie van de filmwereld bungelt hij ergens onder aan de ladder. ‘Een paar jaar geleden hadden we die spraakmakende cv-regeling, met fiscale voordelen voor investeerders. De bedoeling was om de Nederlandse film daarmee een daverende impuls te geven, maar in de praktijk kwam het neer op één groot graaien. Allerlei volstrekt overbodige films werden inderhaast opgezet en uitgebracht, maar helaas werd de basis door het Nederlands Fonds voor de Film over het hoofd gezien. Een deel van dat geld had natuurlijk gebruikt moeten worden om een nieuwe generatie schrijvers op te leiden, zodat er iets van een Hollandse traditie in filmschrijverij had kunnen ontstaan. Nu is het allemaal zo ad hoc, en daarmee rommelig. Ervaren krachten als Jean van de Velde en Paul Jan Nelissen, ook van Van God los, even uitgezonderd.’
Plagiaat
Wellicht dat Kill Your Darlings als kompas kan dienen. Denkt de auteur dat, als de aspirant-schrijvers nu maar doen wat er in zijn boek staat, het niveau van het Nederlands scenario met sprongen vooruit gaat?
‘Euhh’ dat lijkt mij wel, ja. De techniek van het schrijven voor film staat er stapsgewijs en duidelijk in. Het is niet waar dat het louter een kwestie van talent is, je kunt spanningsbogen of andere technieken leren. Maar die methode werkt alleen naarmate je het vaker kunt doen en er veel tijd aan kunt besteden. Dan spreek je over de randvoorwaarden. En wat ook zou helpen, is als de mensen op de sleutelposities bij de producenten en de omroepen van wanten wisten. Mijn ervaring is dat ze scripts inhoudelijk vaak niet kunnen beoordelen, en alleen kijken naar het verhaaltje en naar “wat dat allemaal niet gaat kosten”. ‘Een doortimmerd script, dat is nog wel iets anders. Daar zijn talloze voorbeelden van, of we het nu hebben over Touch of Evil van Orson Welles, of over John Hustons Under the Volcano . Doe daar als nieuwkomer je voordeel mee. Want dat is nu juist het mooie van film. In elke andere kunstvorm heet het al snel plagiaat, maar een filmer die een vondst van een ander leent, spreekt van liefdevol citeren. Of, zoals Luis Buñuel dat noemde, “verborgen continuïteit”. Talloze oplossingen voor scriptproblemen zijn in de filmgeschiedenis te vinden. Bestudeer dus alles, luidt mijn advies. En kom je er nog steeds niet uit, dan heb je altijd nog Laurel & Hardy, want daar zit werkelijk álles al in.’
Rob van Scheers
Bron: Elsevier, 3.11.2007
Geplaatst op 3 november 2007 om 15:44.